Utrechtse singel toont kracht van samenwerking bij stedelijk natuurherstel |
|
|
|
 |
| 260 sec |
Beleidsanalyse laat zien hoe cultuurhistorie, participatie en ecologie samenkomen
Afgelopen zaterdag, op 14 juni, publiceerde NL2120 een beleidsanalyse over het natuurherstel van de Utrechtse singel. Deze praktijkcasus laat zien hoe nature-based solutions (NBS) bijdragen aan klimaatbestendige, leefbare steden. Het rapport belicht de beleidslessen en biedt handvatten voor gemeenten die stadsnatuur willen herstellen of versterken. De publicatie verschijnt parallel aan de campagne 24 uur voor de Stadsnatuur en wordt dan overhandigd aan de Utrechtse wethouder Schilderman (Economie en Openbare ruimte).
 |
In de zomer van 2022 was het zover: na meer dan een halve eeuw is de Utrechtse singel weer rond. Wat begon als verkeerskundige ingreep in de jaren zestig, groeide uit tot een langlopend project waarin cultuurhistorie, leefbaarheid en natuurherstel samenkwamen. In de beleidsanalyse van Natuur & Milieu en NL2120 wordt het traject uitgebreid beschreven. Het herstel van de singel blijkt een leerzaam voorbeeld voor stedelijk natuurherstel, klimaatadaptatie en bewonersparticipatie.
Van verkeersader naar leefomgeving
In 1968 werd een deel van de singel gedempt om ruimte te maken voor winkelcentrum Hoog Catharijne en een nieuwe rondweg. De tijdsgeest was ernaar: economische groei stond centraal, de auto was het symbool van vooruitgang. Toch klonk er al vanaf het begin verzet van bewoners. Vanaf de jaren zeventig kregen zij via het structuurplan van 1977 inspraak in de ruimtelijke ontwikkeling. Het markeerde het begin van een omslag richting een autoluwe, leefbare binnenstad.
Bewoners cruciaal voor kentering
Een belangrijke motor achter het herstel was de actiegroep Utrecht Weer Omsingeld (UWO), die vanaf de jaren negentig consistent bleef pleiten voor herstel van de singel. Via gefaseerde besluitvorming werd het herstel mogelijk gemaakt. In 1996 begon het met de Weerdsingel. Na een breed gedragen referendum in 2002 volgden verdere delen. De gemeente Utrecht verwierf gaandeweg meer bestuurlijk en financieel vertrouwen, mede dankzij opbrengsten uit gronduitgifte en bijdragen van private partijen.
Klimaatadaptatie en natuurherstel
In eerste instantie was de inzet van de gemeente vooral het herstel van de leefbaarheid en het cultureel erfgoed, maar toen landschapsarchitectenbureau OKRA betrokken raakte in het proces, kreeg ook ecologie een steeds grotere rol. Men integreerde onder meer waterberging via spuikokers en creëerde ruimte voor biodiversiteit langs de oevers. Inmiddels biedt de singel verkoeling tot 7°C op warme dagen en vormt het een populaire wandel- en recreatiezone.
Ecologie onder druk
De ecologische kwaliteit blijft op sommige locaties kwetsbaar. Met name langs drukbezochte oevers is er risico op vertrapping van vegetatie. Actieve groepen zoals Vergroening Singel 030 pleiten daarom voor verdere vergroening van stenige oevers en zorgvuldig beheer om biodiversiteit blijvend te waarborgen. Hier ligt een actuele uitdaging voor groenbeheerders en beleidsmakers.
 | Wilma Berends |
|
|
Ecologie als uitgangspunt?
Ik leg hoofdauteur Wilma Berends (Natuur & Milieu, één van de consortiumpartners van NL2120) voor dat in de casus Utrecht ecologie aanvankelijk pas gaandeweg op de agenda lijkt te zijn gekomen. Is dat geen gemis? Zou natuurherstel voortaan nadrukkelijker als zelfstandig beleidsdoel moeten worden ingebed? Berends: '‘We zien dat steden steeds verder verstenen, ondanks alle goede vergroeningsinitiatieven. Die initiatieven compenseren onvoldoende het groen dat verdwijnt. Bovendien wonen er steeds meer mensen in steden, dus waar het groen is, is het meteen heel druk. Ook bij de Utrechtse Singel is dat een probleem. Het is daarom zeker slim om ecologie als uitgangspunt te nemen en dat zou nu ook gebeuren in Utrecht. De stad heeft een heel team van ecologen en verschillende natuurplannen. Destijds, toen we aan de Utrechtse singel begonnen, waren steden nog helemaal niet bezig met vergroenen. Dat was nog voorbehouden aan de provincies en het Rijk.’ Aron Teunissen, projectleider Landbouw & Groene Stad bij Natuur & Milieu), voegt daar aan toe dat Utrecht een reeks progressieve colleges heeft gehad. ‘In andere steden zijn de verhoudingen wellicht anders.’ Ze zijn het erover eens dat ruimte voor ecologie vandaag de dag vanzelfsprekend moet zijn.
Financiële strategie
Het rapport beschrijft dat bewust niet te vroeg over de kosten is gecommuniceerd. Welke risico’s kleven hieraan? En welke aanbevelingen zijn er voor andere gemeenten over het managen van financiën bij langlopende NBS-projecten? ‘Wanneer je niet over de kosten communiceert, denkt men mogelijk al snel dat een plan zonder kostenplaatje niet realistisch is’, stelt Teunissen. Voor de duidelijkheid: hij en Berends hadden een observerende rol, ze waren verder niet betrokken bij het beleidsproces. ‘Communiceer je alles direct, dan bestaat weer het risico dat men het te duur vindt. Hoe dan ook, op bestuurlijk niveau moet je een project financieel kunnen borgen. De gemeente communiceerde bewust wat later over de kosten, maar ik weet niet dat nu nóg zo zou werken.’ Teunissen benoemt dat de gemeente de opgave rond de Utrechtse singel koppelde aan andere ruimtelijke opgaven, waardoor budgetten uit andere potjes en regelingen in de financiering konden worden meegenomen. 'Het stapelen van budgetten heeft hier heel goed gewerkt.’ Ook omdat de singel gefaseerd is aangepakt, bleef het uiteindelijke kostenplaatje enigszins onduidelijk, maar uiteindelijk lagen de directe projectkosten tussen de 100 en 150 miljoen euro. Een grote marge, wat het exact gekost heeft, weet men niet.
 | Aron Teunissen |
|
|
Overdraagbaarheid naar andere steden
En welke institutionele of maatschappelijke randvoorwaarden achten de onderzoekers essentieel om een vergelijkbare aanpak elders succesvol te maken? Teunissen: ‘Enerzijds betrok de gemeente bewoners bij het project. Hun weerstand tegen de geplande verkeersader door Utrecht was een vuurtje dat dertig jaar heeft gebrand. Het protest richtte zich op de aantasting van het stadscentrum door deze stadsautoweg en daardoor heeft de gemeente zich gesterkt gevoeld om ook het laatste stukje in het geheel, de Catharijnesingel, aan te pakken. Het architectenbureau betrok de bewoners bij het ontwerp ervan. Anderzijds houd je de opgave, het herstel van de singel, zuiver bij het opdelen ervan. Bewoners zien dat in een eerste deel de opgave echt waargemaakt is en ervaren de voordelen van de herinrichting. Dat vergrootte ook het draagvlak voor volgende delen van het project.’
Beheer bij intensief gebruik
Nu het herstel is afgerond en het gebied intensief wordt gebruikt, wil ik weten welke langetermijnstrategieën worden gehanteerd om ecologie en recreatie in balans te houden. Wordt bijvoorbeeld specifieke vegetatie gekozen om de ecologische waarde én de recreatieve belasting te kunnen combineren? Berends: ‘Het burgerinitiatief ‘Vergroening Singel 030’ zet zich momenteel volop in voor ecologie. Ze focussen zich op zaken als belicht dat het zo druk is op de singel, omdat er in het centrum verder weinig ander groen is. Bovendien brengen veel werkende mensen er hun pauze door en ook is het een geliefde plek om er je hond uit te laten. Er ontstaan talloze olifantenpaadjes, waar de vegetatie onder te lijden heeft.’ ‘De gemeente overweegt om op bepaalde plekken de recreatieve vaart wat te beperken door bepaalde aanlegplekken weg te halen’, weet Teunissen. ‘Maar een concreet plan over hoe het herstel van de singel geborgd kan worden, ligt er nog niet.’
Beleidslessen uit het herstel van de Utrechtse singel
Het beleids-historische herstelproces van de Utrechtse singel biedt vier concrete lessen voor stedelijke natuurprojecten en nature-based solutions (NBS):
1. Bewonersparticipatie vanaf het begin • Erken bewoners als serieuze partner in beleidsprocessen. • Participatie vergroot draagvlak en voorkomt latere weerstand. • Professionele ontwerpers kunnen participatie combineren met eigen vakinhoudelijke visie.
2. Faseren om haalbaarheid te vergroten • Grote herstelopgaven worden werkbaarder door ze op te splitsen in kleinere uitvoeringsstappen. • De gefaseerde aanpak verlaagt drempels bij politiek, financiers en belanghebbenden. • Eerste successen versterken het vertrouwen en momentum voor volgende stappen.
3. Bestuurlijk lef en langetermijnvisie • Ingrijpende transformaties vragen bestuurlijke durf. • Politiek en ambtelijk leiderschap is nodig om koers te houden bij complexe onderhandelingstrajecten. • Zeker bij langdurige trajecten is consistent beleid cruciaal.
4. Koppelen aan bredere gebiedsopgaven • Integreer natuurherstel in bredere thema’s zoals leefbaarheid, erfgoed, toerisme of economische ontwikkeling. • Door combinatie van doelen ontstaan bredere financiële en beleidsmatige mogelijkheden. • Ook private partijen kunnen zo worden betrokken.
|
Officiële opening
De opening vond plaats op 14 juni om 12.00 uur in park Lepelenburg, gelegen aan de Utrechtse singel. Ook Ben Nijssen, een van de actievoerders van het eerste uur, was aanwezig en de Utrechtse dichteres Kitty Geertman droeg een nieuw gedicht voor, dat zij in het kader van deze dag schreef over de Utrechtse singel. Dit gedicht werd ook overhandigd aan de gemeente.
OKRA Landschapsarchitecte... | |
| |
LOGIN
met je e-mailadres om te reageren.
|
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|